Controle
De controle kan met GPS en met stempels. Controle met GPS heeft onze voorkeur, omdat het beter controleerbaar is, goedkoper, en minder werk. Ook voor de deelnemer is het veel eenvoudiger en goedkoper. Maar wie dat écht te ingewikkeld vindt kan ook kiezen voor het oude stempelboekje.
Controle met GPS
Als je met GPS rijdt, kun je de daarin opgeslagen registraties gebruiken om aan te tonen dat je over alle cols bent gekomen. Daarvoor gelden deze voorwaarden .
In het kort komt het er op neer dat je elke dag de gereden kilometers opslaat, en elk jaar voor 1 november de originele ongewijzigde GPX-files met Wetransfer naar het secretariaat stuurt. De controle van de GPX-files is geautomatiseerd. Zo worden je gereden trajecten automatisch bijgehouden. Hoe je kunt zorgen voor goed verwerkbare GPX-files lees je hier.
Controle met controlestempels
Als je daarvoor gekozen (en betaald) hebt, krijg je bij het routepakket een controleboekje. Daarin kun je de stempels kwijt waarmee je de route kunt aantonen. Daarvoor geldt een reglement.
De bedoeling van het reglement is, dat je
- met de stempels aantoont over alle cols te zijn gekomen, én
- dat dat voor ons makkelijk te controleren is.
De belangrijkste bepalingen daaruit zijn:
- Je moet stempels halen in de plaatsen die in de routebeschrijving onderstreept zijn aangegeven. Die stempels kun je krijgen bij winkels, in de horeca, benzinestations en dergelijke. Elk stempel is goed, als de betreffende plaatsnaam er maar op staat.
- Als het niet lukt een stempel te krijgen mag je incidenteel een foto van het plaatsnaambord (met fiets!) bijsluiten.
- Je mag geen stempels zetten van andere plaatsen, omdat dat de controle bemoeilijkt. We willen niet gaan spoorzoeken.
- Je mag wel van je overnachtingsplaatsen een stempel zetten. Er is een speciaal stempelvak voor op elke bladzijde van het controleboekje.
- Bij het begin en het eind van een traject (dat is een aaneengesloten deel van de route dat je in een bepaalde periode aflegt) moet je ook een stempel halen, ook als dat geen controleplaats is. Dat moet een datumstempel zijn. Datumstempels kun je krijgen bij stations, postkantoren, sommige benzinestations, pharmacies etc. Ook kun je volstaan met bijvoorbeeld een kassabon, een reçu van een geldautomaat, een hotelrekening of een treinticket. Elk bewijs is acceptabel, als er maar een plaatsnaam en een datum op staat.
Let op: datumstempels zijn alléén verplicht aan begin en eind van een traject, de overige dagen hoeft het stempel geen datumstempel te zijn.
- In principe gebruik je één bladzijde per dag voor je stempels. Als je aan één controleboekje van 24 bladzijden niet genoeg hebt kun je kosteloos extra boekjes aanvragen.
- Je mag maar één 100 Cols Tocht per jaar rijden.